Start transcriptie van DE BARON Een interactief verhaal, geschreven door Victor Gijsbers en gepubliceerd onder de GNU General Public License. Nieuwe lezers: TYPE ALSTUBLIEFT 'MENU', ook wanneer u een ervaren speler van interactieve fictie bent. Release 1 / Serial number 050904 / Inform v6.21 Library 6/11 SD Standard interpreter 1.0 (1F) / Library serial number 040227 Nederlandse vertaling 020812 door Yuri Robbers De bronzen deuren vallen achter je dicht, en je hoort hoe de grendel ervoor wordt geschoven. Er is geen weg terug; het is jou, of de draak. Met je bijl in je bepantserde hand stap je naar voren, de hitte tegemoet. DE BARON Een interactief verhaal, geschreven door Victor Gijsbers en gepubliceerd onder de GNU General Public License. Nieuwe lezers: TYPE ALSTUBLIEFT 'MENU', ook wanneer u een ervaren speler van interactieve fictie bent. Release 1 / Serial number 050904 / Inform v6.21 Library 6/11 SD Het voorportaal van de grot De kleine hal is door mensen uitgehouwen en met zwart marmer bekleed. Twee bronzen deuren in het zuiden sluiten de uitgang hermetisch af; in het noorden leidt een smalle grot naar de vurige woonstee van de draak. De grond hier is bezaaid met geblakerde botten en schedels, die flikkerende schaduwen zuidwaarts werpen. >menu "De baron" is geen traditionele text-adventure. Er zijn geen puzzels om op te lossen, en u kunt niet winnen of verliezen. Het is heel letterlijk interactieve fictie, niet een spel. Het doel is de fictionele wereld en de verontrustende thematiek van het verhaal zo intens mogelijk te beleven. Er zijn een aantal zaken die de speler in zijn achterhoofd dient de houden tijdens het lezen van het verhaal. Er is geen enkele mogelijke manier om het spel in een toestand te krijgen van waaruit het niet meer af te ronden valt. Men kan ook niet een onverhoeds einde bereiken voordat het verhaal bij het eindpunt is aangekomen. Bovendien is het verhaal zo ontworpen dat vrijwel elke zinnige actie het verhaal een stap vooruit helpt: er is in feite geen enkel echt obstakel op de weg. De vraag is niet OF de lezer naar het einde van het verhaal weet te komen, maar HOE hij of zij daar komt. Wat de lezer zich dus dient af te vragen tijdens het spelen is niet: gaat deze actie mij helpen het verhaal af te ronden?, maar: vind ik deze actie passend, mooi of anderszins esthetisch interessant? Wanneer men ergens een bijl tegenkomt, dan kan men die oppakken of niet, gene van beide is noodzakelijk om het verhaal door te komen. De keuze is esthetisch: wil je een verhaal vertellen waarin de hoofdpersoon met een bijl in zijn handen zijn problemen tegemoed treedt, of liever een verhaal waarin hij ongewapend zijn gelijk gaat halen? Het verhaal bevat een aantal belangrijke knooppunten, die allemaal op veel verschillende manieren kunnen worden afgehandeld. De keuzes die de speler hier maakt zullen van grote invloed zijn op de betekenis van het verhaal; en dat is waar het in "De baron" om te doen is: de lezer treedt op als een scheppende esthetische kracht, die de symbolen en handelingen naar zijn eigen smaak en inzicht aaneenrijgt. [Druk alstublieft op de SPATIEBALK.] In dit verhaal is een tragisch en mogelijk schokkend thema aan de orde. "De baron" is dan ook zeker niet geschikt voor kinderen; ik adviseer een leeftijdsgrens van tenminste vijftien jaar. Ook wie er geen behoefte aan heeft geconfronteerd te worden met fictieve narigheid kan dit verhaal beter links laten liggen. [Druk alstublieft op de SPATIEBALK.] Het voorportaal van de grot De kleine hal is door mensen uitgehouwen en met zwart marmer bekleed. Twee bronzen deuren in het zuiden sluiten de uitgang hermetisch af; in het noorden leidt een smalle grot naar de vurige woonstee van de draak. De grond hier is bezaaid met geblakerde botten en schedels, die flikkerende schaduwen zuidwaarts werpen. >x inventory Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >i Je hebt bij je: een helm (gedragen) een volledige wapenrusting (gedragen) een strijdbijl >x bijl De strijdbijl is vlijmscherp en weegt zo veel dat slechts weinigen hem op kunnen tillen; maar met twee handen kan jij hem met dodelijke snelheid en precisie hanteren. >x helm De helm is functioneel, niet protserig, en sluit nauw aan bij de rest van het harnas. Het vizier staat open, wat beter zicht maar slechtere bescherming geeft. >x wapenuitrusting Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x uitrusting Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x volledige wapenuitrusting Ik begrijp alleen het gedeelte: onderzoek de volledige wapenrusting. >* bug in woorden met spaties? [Commentaar bewaard.] >x botten Overal op de grond liggen botten en schedels, veelal zwart van het allesverzengende vuur dat hun eigenaren fataal werd. >* maak er iets van oorspronkelijke eigenaren/bezitters van.. lekker evil :) [Commentaar bewaard.] >x deuren Twee bronzen deuren blokkeren de uitgang naar het zuiden. Er is een voorstelling in gegraveerd van een brandende man. >x brandende man In plaats van de pijn die je zou verwachten op het gezicht van een brandende man, straalt de gegraveerde figuur eerder begerigheid uit. Het is alsof het vuur hem voortdrijft naar het object van zijn lust, wat dat dan ook mag zijn. > *hee, dingen met spaties werken toch. even proberen of je een te kleine buffer hebt ofzo.. cool trouwens die man, [Commentaar bewaard.] >* hoewel ik het nog niet echt begrijp [Commentaar bewaard.] >x volledige wapenuitrustin Ik begrijp alleen het gedeelte: onderzoek de volledige wapenrusting. >x volledige wapenrusting Een volledige wapenrusting van het hardste staal, uitstekend geolied, biedt optimale bescherming. Het geheel zit van achteren met leren gespen vastgesnoerd, en kan alleen door anderen worden losgemaakt. > *lama.. en toch heb ik het idee dat het wapenuitrusting heet. Maar wie weet ligt dat aan mij :) [Commentaar bewaard.] >x muren De muren, de wanden en het plafond van de hal zijn helemaal bedekt met platen zwart marmer. De witte aders die er doorheen lopen vormen een patroon dat voor je ogen gaat draaien wanneer je er te lang naar kijkt. >n Je probeert om de menselijke beenderen heen te stappen, maar kan niet voorkomen dat er bij elke stap verschillende breken onder het gewicht van jou en je wapenrusting. Een lage doorgang De grot is laag, en je moet bukken om er doorheen te kunnen. Op de vloer ligt een dikke laag as. De vlammen die overal in de grote zaal in het noorden uit spleten in de grond komen zijn haast verblindend fel, en de hitte is enorm. Het zweet breekt je aan alle kanten uit. In het zuiden ligt de betrekkelijke koelte van het halletje. >x spleten Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x vlammen Metershoge vlammen verlichten de zaal in het noorden. >x grote zaal Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >n Met de bijl stevig in je handen geklemd, het vizier van je helm opengeklapt zoals een man van eer betaamt, treed je de draak tegemoet. Een ondergrondse zaal De zaal is tientallen meters hoog, en honderden meters breed en diep. De grond is bedekt met een dikke laag as, behalve waar brede spleten de rots doorklieven. Metershoge vlammen schieten uit deze spleten omhoog. De hitte is bijna ondraaglijk. In het midden van de zaal staat de draak, een enorm roodgeschubt monster. Hij draait zijn kop naar je toe, en staart je met twee grote gele ogen aan. >*ah, nu snap ik die spleten [Commentaar bewaard.] >x draak Dertig meter lang van kop tot staart, felrood gekleurd, met schubben die blinken alsof ze van het hardste metaal zijn; maar het is het vuur in de ogen en de keel van de draak, het vlammenspel achter zijn rijen bleke tanden, dat echt huiveringwekkend is. Het is meer dan een monster dat vuur spuwt; het is het vuur zelf waar je tegenover staat. Strijd leveren met de draak schijnt je toe als het bevechten van het allesverzengende vuur, als het voeren van oorlog tegen een natuurkracht die met onverzettelijk geweld de mensen een voor een op de knieën zal dwingen en nooit overwonnen kan worden. De draak draait zich naar je toe, en stapt met logge passen op je af. Hij opent zijn bek en stoot een kreet uit die de hele grot op zijn grondvesten doet schudden. Even wankel je, maar je weet je evenwicht te hervinden. > Pardon? >*knieeen niet leesbaar (trema werkt niet oid, ik kan 'm zelfs niet typen) [Commentaar bewaard.] >sla draak met strijdbijl Ik begrijp alleen het gedeelte: sla de draak. >sla draak Met de bijl geheven stap je af op de draak, vastbesloten hem een kopje kleiner te maken. Het ondier kijkt je aan met een priemende blik, en opent zijn bek. Decimeters lange tanden staan in twee rijen achter elkaar, en diep in het duister van zijn keelgat lijkt een vuur te branden. Maar je laat je niet intimideren, en blijft met ferme passen op hem aflopen. Dan - voordat je er erg in hebt wat er gebeurt - barst het vuur naar buiten, uit de bek van de draak, een straal van tientallen meters die je van top tot teen omhult. De pijn doet je naar adem happen. >rol over de grond Dat is geen werkwoord dat ik ken. >*ik wilde alleen maar die vlammen uit krijgen.. [Commentaar bewaard.] >doof vlammen Dat is geen werkwoord dat ik ken. >maak vlammen uit Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >ren uit het vuur Je ziet "het" (het vuur) op het moment niet. >x zelf Je bent een pilaar van vuur; aan alle kanten slaan de vlammen uit je vlees, alsof het vuur vanuit je binnenste zelf naar buiten barst. Je bent omgeven door vlammen, en kan nauwelijks nog iets zien. De hitte in het harnas is ondraaglijk. >*wow, ben ik van pure koolstof met een gasfles van binnen?!! [Commentaar bewaard.] >sla de draak nog een keer Ik begrijp alleen het gedeelte: sla de draak. >sla de draak Je verbijt je pijn en rent nogmaals op het ondier af - al moet je er met je eigen leven voor betalen, het monster zal sterven. Tussen de vlammen door zie je de twee grote gele ogen; je heft je bijl om hem er precies tussen te planten. Maar plotseling beukt de staart van de draak je vanaf je linkerkant omver, de kracht zo groot dat je meters door de zaal vliegt voordat je met je hoofd tegen de wand knalt. De helm voorkomt dat je onmiddellijk het bewustzijn verliest, en je ziet de kop van de draak naderen, zijn muil wijd open - nogmaals blaast hij zijn vuur over je heen, en na een korte gil die je zelf niet meer kan horen valt de duisternis als een koele deken over je heen. [Druk op een toets.] DE BARON Een interactief verhaal geschreven door Victor Gijsbers. Chi l'anima mi lacera? Chi m'agita le viscere? Che strazio, ohimè, che smania! Che inferno, che terror! "Wie verscheurt mijn ziel? Wie windt mijn hart zo op? Wat een kwelling, wat een waanzin! Wat een hel! Welk een verschrikking!" Uit de opera "Don Giovanni" Tekst: Lorenzo da Ponte Muziek: Wolfgang A. Mozart Twee doordringende dissonanten, kort na elkaar, wekken je uit je onrustige slaap. Na de tweede toon zwijgt de kerkklok en de stilte van de winternacht nestelt zich weer in het dorp. Je wrijft de slaap uit je ogen. Uiterst voorzichtig stap je uit bed, opdat je je vrouw Hilde niet wakker maakt. Zij zou je zeker proberen te stoppen. In je slaapkamer Het zwakke schijnsel van de maan dat door het raam naar binnen valt hult de meubels in de slaapkamer in een mantel van onwereldse schoonheid. Alleen het zachte ademen van je echtgenote in het grote ledikant doorbreekt de stilte. Naast de zware eiken kledingkast bevindt zich de deur naar de overloop in het noorden. In de onverwarmde kamer is het ijzig koud. Je ziet een stoel (met daarop je werkkleding) en een vuren nachtkastje. >pak kleding Gepakt. >trek kleding aan Je trekt je werkkleding aan. >x nachtkastje Een simpel nachtkastje van vurenhout, het allereerste meubel dat je ooit zelf getimmerd hebt. Op het nachtkastje staat een familiefoto. >x foto Deze foto, gemaakt ter ere van het tienjarig huwelijk van jou en Hilde, is alweer enkele jaren oud. Plechtig staan jullie als twee zwart-witte standbeelden naast elkaar, voor de gelegenheid weer in jullie trouwkostuums gehesen. Op de voorgrond, dicht tegen jou aan, staat jullie dochter Maartje. Kleine Maartje, in haar prachtige witte jurkje, een stralende lach op haar gezicht. Op de foto heb je beschermend een arm over haar schouder geslagen. Maar nu is zij ontvoerd door de kwaadaardige baron... nogmaals zweer je dat je alles in je macht zal doen om haar te bevrijden. >kus de foto Dat kun je alleen met een levend wezen doen. >*zeikert :) [Commentaar bewaard.] >pak foto Gepakt. >x kast Met dit grote meubel ben je weken bezig geweest. Niet alleen heb je zelf de boom omgehakt waaruit hij gemaakt is, ook het zagen van de planken, het schuren, timmeren, lakken, en zelfs het subtiele houtsnijwerk heb je zelf gedaan. De herinnering aan die gelukzalige eerste maanden van jullie huwelijk, waarin Hilde en jij met beperkte middelen maar mateloos enthousiasme jullie kleine huisje inrichtten, doet je glimlachen. >x houtsnijwerk Hartjes, vogeltjes, bloemen en andere figuren die jouw verliefde geest bevolkten toen je deze decoraties sneed kronkelen kunstig om elkaar heen. >open kast Je opent de kledingkast, en onthult een grote hoeveelheid jurken, broeken en andere kleren. >x kast Met dit grote meubel ben je weken bezig geweest. Niet alleen heb je zelf de boom omgehakt waaruit hij gemaakt is, ook het zagen van de planken, het schuren, timmeren, lakken, en zelfs het subtiele houtsnijwerk heb je zelf gedaan. De herinnering aan die gelukzalige eerste maanden van jullie huwelijk, waarin Hilde en jij met beperkte middelen maar mateloos enthousiasme jullie kleine huisje inrichtten, doet je glimlachen. >x kleding in kast In deze kast bewaren jullie al je kleren, netjes opgevouwen en gestreken, in keurige stapels gelegd. In een smal gedeelte aan de zijkant hangen de jurken van je vrouw. >x jurken Je laat je vingers langs de ruwe, stijve stof van de jurken glijden. Praktisch en zonder franje, de werkkleding van een bedrijvige huisvrouw. Helemaal achterin verstopt het witte satijn van Hildes trouwjurk zich alsof het met de rest van de kleding niet gezien wil worden. >x trouwjurk Je pakt de koele, zachte stof vast en sluit voor een moment je ogen. Herinneringen aan je bruiloft komen met grote hevigheid boven; het is alsof er geen dag verstreken is, zo vers ligt het nog allemaal in je geest. Met kloppend hart loop je het dorpsplein op. Je voelt je ongemakkelijk in het grijze pak dat je speciaal voor deze gelegenheid gekocht hebt - het past niet bij een eenvoudige jongen als jij. Voor de kerk heeft zich een menigte verzameld. Het hele dorp is er: je ziet jouw ouders staan, en even verderop de ouders van Hilde. Terwijl je stil gaat staan om nog even de rode bloem in je knoopsgat recht te zetten, kijkt iemand in jouw richting en roept je naam. Allen draaien zich om en beginnen te juichen en je naam te roepen. Je voelt de hitte naar je gezicht stijgen, en je wangen krijgen dezelfde kleur als de bloem. Je houdt er niet van om in het middelpunt van de belangstelling te staan. Je houdt sowieso niet van grote groepen mensen. De meeste tijd breng je daarom alleen door, in het bos bijvoorbeeld, of verzonken in houtsnijwerk. Maar ook alleen zijn heeft nadelen - de zwarte leegte van de eenzaamheid heeft meer dan eens gedreigd je op te slokken. Het beste is om samen te zijn met één persoon waar je van kan houden, waarmee je veilig bent en immuun voor het leed van de wereld. Die droom zal vandaag uitkomen. Eindelijk! Stralend als een lentezon glijdt Hilde het plein op. Haar lange blonde haren omlijsten een engelengezicht dat altijd door een brede glimlach getooid wordt. In haar sneeuwwitte bruidsjurk is ze een betoverde prinses, een mooier, reiner en onschuldiger meisje dan deze wereld verdient te bezitten. En ze komt op jouw af, haar ogen vol liefde en tederheid. "Ja, dat beloof ik," spreekt ze, maar haar ogen zijn al niet meer gericht op de dominee: ze hebben de jouwe gevonden. Je neemt haar hand, haar zachte, tere hand, en zo voorzichtig als je kan schuif je de ring om haar vinger. Zij doet hetzelfde bij jou, en dan buigen jullie hoofden zich naar elkaar toe, en jullie lippen komen samen en bezegelen meer dan woorden ooit zouden kunnen het verbond van eeuwige liefde. Er wordt geklapt en gejuicht, maar jullie staan op een eiland van stilte en beleven de puurheid van samenzijn. [Druk op een toets.] In je slaapkamer Het zwakke schijnsel van de maan dat door het raam naar binnen valt hult de meubels in de slaapkamer in een mantel van onwereldse schoonheid. Alleen het zachte ademen van je echtgenote in het grote ledikant doorbreekt de stilte. Naast de zware eiken kledingkast bevindt zich de deur naar de overloop in het noorden. In de onverwarmde kamer is het ijzig koud. Je ziet een stoel en een vuren nachtkastje. >x maan Door het raam kan je de volle maan tegen de sterrenhemel zien staan. Even lijkt het alsof het mannetje in de maan bemoedigend naar je knipoogt, maar dan neemt hij weer zijn gewone mysterieuze pose aan. >x buitenwereld Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x sterren De nachtelijke hemel is bezaaid met duizenden fonkelende sterren, als evenzovele ogen die de mensheid in de gaten houden. >x bos Het woud ligt als een inktzwarte massa over de heuvels. Op dit uur en in dit jaargetijde is het een gevaarlijke plaats, vol wilde dieren. >x heuvels Lichte glooiïngen in het landschap geven deze streek 's zomers een pitoresk uiterlijk. In deze koude wintermaanden lukt het ze echter niet het uitzicht op sombere wouden op te vrolijken. >x kerktoren De kerktoren steekt als een beschuldigend priemende zwarte vinger uit de witte sneeuw omhoog. >x sneeuw Een dik pak witte sneeuw heeft zich de afgelopen dagen op het landschap genesteld. In de straten is het gedegenereerd tot vieze bruine smurrie, maar verder geeft de sneeuw de wereld een majesteuze uitstraling. >w Die kant kun je niet op. >wacht Er is geen tijd te verliezen. >streel Hilde door haar haar Ik begrijp alleen het gedeelte: streel Hilde. >Streel Hilde Dat kan je beter niet doen; wellicht wordt ze er wakker van. >kus hilde Je buigt je voorover om Hilde's gezicht te kunnen zoenen; even stokt haar adem en lijkt ze te verstijven, dan keert het gestadige ritme weer terug. Maar je weet genoeg - ze slaapt niet! Ze weet waar je naar op weg bent, maar houdt zich slapende. Een stille goedkeuring die ze nooit zou kunnen uitspreken? Of is ze simpelweg te bang om de confrontatie aan te gaan? >streel hilde Je laat je vingertoppen even over haar wang en door haar blonde haren spelen. Een korte rilling gaat door haar heen, maar ze blijft bij haar toneelspel en houdt zich slapende. >n (de deur naar de overloop openend) Op de overloop De overloop is gehuld in een schemerig duister. Maanlicht schijnt naar binnen door de open deur naar de slaapkamer in het zuiden. Aan de noordkant van de overloop leidt een rood geschilderde deur naar de kamer van je dochter Maartje. Naast de trap naar beneden staat een elegant kastje, waarboven een grote spiegel in een vergulde lijst prijkt. >x spiegel Uit de spiegel staar je jezelf tegemoet, een heldhaftige blik in je ogen. Je stoere houthakkerskleding zit als gegoten, en laat de stevige spierbundels in je armen goed uitkomen. Een grimmige glimlach speelt om je mondhoeken als je denkt aan de angst die de baron zal voelen wanneer jij zijn kasteel binnen dringt om hem met je stevige vuisten tot moes te slaan. > *is deze omschrijving niet behoorlijk suggestief in wat je zal (gaat) gaan doen - die glimlach.. [Commentaar bewaard.] >x kastje Dit sierlijk gesneden kastje is een van de weinige meubels in huis die je niet zelf gemaakt hebt: het komt uit de erfenis van Hildes grootmoeder. De twee deurtjes aan de voorkant sluiten niet helemaal goed, een mankement dat je al jaren van plan bent te verhelpen, maar waar het nooit van komt. >open deuren Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >open kastje Je opent het kastje, en onthult een fotoboek. >x fotoboek In dit dikke boek plakt Hilde alle foto's die van jullie gezinnetje gemaakt worden, al vanaf de geboorte van Maartje. Je slaat het fotoalbum open, en ziet het geboortekaartje van Maartje. Negentien december, slechts enkele dagen voor kerstmis. Je slaat om, en daar ligt ze als baby in bad. Hilde, uitgeput in het ziekenhuisbed, houdt een huilende Maartje lachend in haar armen. Jijzelf, apetrots, houdt haar omhoog naar de fotograaf. De grootouders van beide kanten staan om het ziekenhuisbed. Even laat je je mee drijven op een stroom van gelukzalige herinneringen, maar de gedachte aan de baron brengt je al snel terug naar de realiteit. Verstoord kijk je op. Er staan nog meer foto's in het album. > *is die ziekenhuisbevalling niet jammer voor de sfeer die je probeert neer te zetten? klinkt zo modern.. of wat wil je [Commentaar bewaard.] >*(qua tijdsbeeld) [Commentaar bewaard.] >x fotoalbum Je bladert verder door het album, en ziet Maartje steeds verder opgroeien. Tientallen gelukkige momenten uit een idyllische jeugd zijn hier vereeuwigd. Maanden heb je in het geheim in de schuur gewerkt aan een poppenhuis voor Maartjes vierde verjaardag. Drie verdiepingen, met deurtjes en raampjes die open en dicht kunnen, allerhande meubels, en houten popjes met fijn gesneden gezichten die de woning kunnen bevolken. Hilde heeft gordijntjes gemaakt, vloerkleedjes en kleertjes voor de poppen. Nu staat het prachtige resultaat in kleurig feestpapier verpakt in een hoek van de kamer, en Maartje rent er op af en scheurt het papier aan repen. Ze slaakt een kreetje van verbazing, en kijkt dan minutenlang verwonderd naar het poppenhuis, opent de deurtjes, beweegt de poppen, doet de gordijnen dicht. Dan draait ze zich om, en rent lachend naar jullie toe om je te bedanken. Haar hoge gekir klinkt nu, acht jaar later, nog na in je oren. >x fotoalbum Je bladert verder door het album, en ziet Maartje steeds verder opgroeien. Tientallen gelukkige momenten uit een idyllische jeugd zijn hier vereeuwigd. Het is midden in de zomer, en jullie zijn gedrieën het bos in getrokken voor een ouderwetse picknick. De zevenjarige Maartje rent steeds vooruit, terwijl Hilde en jij met de zware mand tussen jullie in gestaag tempo over het pad lopen. "Pappie!," roept ze plotseling, ergens links van jullie uit het bos. "Pappie, kom eens kijken!" Hilde, rolt haar ogen en neemt de mand met twee handen vast, zodat jij vrij bent het bos in te duiken. Een meter of twintig van het pad af staat ze bij een buddleia waar zoveel koolwitjes omheen zwermen dat de paarse bloemen nauwelijks te zien zijn. "Kijk pappa!," roept ze, en springt naar de struik toe. Alle vlinders vliegen op, en voor een moment is ze een engel in een witte wolk van vleugels. >sluit fotoalbum Je besluit de rest van de foto's niet te bekijken, en sluit het fotoalbum. >z In je slaapkamer Het zwakke schijnsel van de maan dat door het raam naar binnen valt hult de meubels in de slaapkamer in een mantel van onwereldse schoonheid. Alleen het zachte ademen van je echtgenote in het grote ledikant doorbreekt de stilte. Naast de zware eiken kledingkast bevindt zich de deur naar de overloop in het noorden. In de onverwarmde kamer is het ijzig koud. Je ziet een stoel en een vuren nachtkastje. >n Op de overloop De overloop is gehuld in een schemerig duister. Maanlicht schijnt naar binnen door de open deur naar de slaapkamer in het zuiden. Aan de noordkant van de overloop leidt een rood geschilderde deur naar de kamer van je dochter Maartje. Naast de trap naar beneden staat een elegant kastje, waarboven een grote spiegel in een vergulde lijst prijkt. >*weg kwijt.. [Commentaar bewaard.] >n (de deur naar Maartjes kamer openend) In Maartjes kamer Zonder Maartjes stralende aanwezigheid lijkt haar kamer doods en leeg. Het geeft een droeve aanblik: een bed waar niet in geslapen wordt, een poppenhuis waar niet mee gespeeld wordt, een bureau waaraan niet gestudeerd wordt. De bonte kleuren waarin jij haar plafond en meubilair geverfd hebt verschijnen in het bleke licht van de sterren als een waaier aan grijstinten. De deur in het zuiden leidt terug naar de overloop. Op het bureau is een dagboek. Je ziet een knuffelbeer. >*ligt een dagboek [Commentaar bewaard.] >x knuffelbeer Bruin is al vele jaren Maartjes favoriete knuffel en trouwste compaan. De glimlach op zijn snuit is bemoedigend, en ook al zijn Bruins ogen slechts knopen, toch lijkt er iets van intelligentie in zijn blik te zitten. >x dagboek Het in rood nep-leer gebonden boekje moet wel een dagboek zijn, aangezien het dicht zit met een klein koperen slot. Maar hoewel je brandt van nieuwsgierigheid, ben je niet van plan Maartjes dagboek te beschadigen. >pak dagboek Gepakt. >z Op de overloop De overloop is gehuld in een schemerig duister. Maanlicht schijnt naar binnen door de open deur naar de slaapkamer in het zuiden. Aan de noordkant van de overloop staat de rode deur naar Maartjes kamer op een kier. Naast de trap naar beneden staat een elegant kastje, waarboven een grote spiegel in een vergulde lijst prijkt. >ga de trap af Behoedzaam zoek je je weg door de duisternis naar beneden. In de gang neem je even de tijd om je lange winterjas aan te trekken, en dan open je de voordeur en stap je naar buiten de tuin in. In de tuin Ook je voortuin is bedolven onder een dikke laag sneeuw, die alle planten aan het zicht onttrekt. Alleen een paar kale struiken die zich tegen het tuinhek aan schurken steken door de witte deken heen. Achter je leidt de voordeur terug het huis in, terwijl de weg naar het oosten zich door het dorp en het woud heen naar het kasteel van de baron slingert. Vanuit zijn onbereikbare hoogte kijkt de maan verwijtend op je neer. Het uiterste puntje van de kerktoren steekt boven de huizen aan de overkant uit. Je ziet een brievenbus (die dicht is) en een bijl. >x brievenbus Een kleine brievenbus hangt aan de buitenkant van het tuinhek. >open brievenbus Je opent de brievenbus, en onthult een brief van de baron. >x brief In sierlijk handschrift is er een bericht op het perkament geschreven: Aan de ouders van Maartje, Bij deze wil ik u meedelen dat uw dochter Maartje op mijn bevel uit uw huis is weggehaald en naar mijn kasteel is vervoerd. Maakt u zich geen zorgen: zij is hier veilig en wordt goed verzorgd. Probeer Maartje niet op te zoeken of bij mij weg te halen; mijn slot is zwaar bewaakt en u zou enkel uw eigen welbevinden op het spel zetten. Ik begrijp dat het moeilijk voor u moet zijn dat u uw dochter bent kwijt geraakt, en bied mijn excuses aan voor uw leed. U vraagt zich af wat mijn motieven zijn. Welnu, ik houd van haar, en kan niet leven zonder Maartje aan mijn zijde. Bij mij zal ze gelukkig zijn, dat beloof ik u op mijn woord van eer. Ooit zal u inzien dat dit de best mogelijke situatie is. De baron. Trillend van woede staar je naar de handtekening onderaan de pagina. >pak brief Gepakt. >x bijl Dit is je belangrijkste gereedschap. Je moet er vele duizenden bomen mee geveld hebben. De bijl is vlijmscherp geslepen, ligt lekker in de hand, en met jouw spieren is het gewicht geen enkel probleem. Waarschijnlijk kan je het hoofd van de baron er in één slag mee splijten. >twijfel Dat is geen werkwoord dat ik ken. >*nee, jij bent ook maar een stomme computer! [Commentaar bewaard.] > *makkelijk hoor alleen maar enen en nullen en altijd precies de instructies opvolgen [Commentaar bewaard.] >*maar nu kun je lekker niets terugzeggen! HAHA! [Commentaar bewaard.] >x kerktoren Het puntje van de kerktoren steekt net boven de huizen aan de overkant van de straat uit, als een zwarte vinger tegen de met sterren bezaaide hemel. >o Heel even aarzel je, maar dan stap je vastbesloten de weg naar het donkere woud op. In het dorp is geen teken van leven te bekenen. Langzaam wordt je boos op al je buren en mededorpelingen. Waar zijn ze wanneer je ze nodig hebt? Waarom is er niet één bij die het lef heeft Maartje te bevrijden? Een gebrek aan liefde - dat is wat mensen in staat stelt de problemen van anderen te negeren. Iedereen weet wat er aan de hand is, maar niemand doet iets, omdat niemand zich verantwoordelijk voelt. Na enkel minuten bereik je de rand van het bos. Alsof je de donkere muil van een enorm en kwaadaardig beest in loopt, zo is het om het pad onder het overhangende bladerdek van de naaldbomen te volgen. Het licht van de maan bereikt de grond nauwelijks, en meermaals struikel je over grote takken die als valstrikken onder de sneeuw liggen te wachten. Met ferme tred stap je verder, terwijl je probeert te bedenken hoe je het gemakkelijkst het kasteel van de baron in kan komen. Dan wordt je uit je overpeinzingen opgeschrikt door het gehuil van wolven. Het is moeilijk schatten, maar je zou verbaasd zijn als ze meer dan een kilometer van je verwijderd zijn. En het is nog zeker tien kilometer oostwaards naar het kasteel van de baron. Lopend op een pad in het woud Op de meest zonnige dagen is het al schemerig in dit dichte naaldbos, en in het holst van deze winternacht is het pikdonker. Een nauwelijks als zodanig herkenbaar pad loopt van het dorp in het westen naar het kasteel in het oosten. Te dichtbij, van links, klinkt het gehuil van een roede wolven. In dit jaargetij is er geen wild te vinden, en zijn de wolven hongerig, brutaal en zelfs voor mensen gevaarlijk. > *over die bijl: je omschrijvingen maken het wel heel voor de hand liggend om hem mee te nemen. Ik ben benieuwd [Commentaar bewaard.] > *of het ook zonder kan. Daarom heb ik hem achter gelaten. Conflict: sfeervolle beschrijvingen / ethische keuzes [Commentaar bewaard.] >loop door Welk voorwerp bedoel je precies als je zegt "loop door"? >negeer de wolven Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >negeer geluid Dat is geen werkwoord dat ik ken. >o Op een pad in het woud Het pad is hier smal en kronkelig, en in de sneeuw nauwelijks te herkennen. Maanlicht schijnt slechts hier en daar tussen de beladen takken van de dennen door. Oostwaards ligt het kasteel van de baron, naar het westen leiden je voetstappen terug naar het dorp. Vanuit de bomen aan de linkerkant van het pad springt plots een donkere schim naar voren. Het is een wolvin; ze blijft op enkele meters afstand van je staan, midden op het pad, jou fixerend met twee ogen waarin de maan zich spiegelt. Uit haar keel klinkt een fel gegrom. >oeps Geeft niet. >i Je hebt bij je: een brief van de baron een winterjas (gedragen) een dagboek een familiefoto je werkkleding (gedragen) De wolvin open haar bek, twee rijen scherpe tanden ontblotend. Vanuit het bos sluipt een tweede gestalte naar haar toe: een nog jonge wolf, uitzonderlijk mager. >klim een boom in Ik begrijp alleen het gedeelte: klim de bomen. >klim de bomen Zelfs in het beste licht en als er geen sneeuw ligt is het al niet gemakkelijk om in deze grote dennen te klimmen, maar in de huidige omstandigheden is het onmogelijk. Aarzelend zet de wolvin twee stappen in je richting. In haar gegrom klinkt naast felheid ook angst mee. > *whatever.. ik probeer wel door te lopen.. of zou een tak nog enig soelaas bieden? [Commentaar bewaard.] >breek een tak van de boom Ik begrijp alleen het gedeelte: breek de bomen. >pak een tak De wolvin ziet er niet uit alsof ze zich zomaar zal laten oppakken. De wolvin twijfelt nog, of ze je wel of niet aan zal vallen. Dan piept het jonge wolfje, klagelijk, zwakjes, en zijn moeder vat de moed der wanhoop. Ze maakt zich klaar voor de sprong. >sla wolvin Je houdt je handen tot vuisten gebald voor je uit, en zet voorzichtig een stap in de richting van de wolvin. De wolf gromt, waarschuwend, maar met een ondertoon van paniek. Je zet een stap naar voren. Zij zet een halve stap naar achteren; alle haren in haar nek gaan recht overeind staan. Je zet nog een stap naar voren, en nog een, en zij springt op je af - maar voordat haar tanden zich in je keel kunnen zetten sla jij haar kop van onderen uit de weg. Je val achteruit, haar gewicht bovenop je, maar met een handige rol weet je onder haar weg te komen. De wolvin probeert nogmaals je keel te bereiken, maar jij hebt je handen al om haar keel geslagen, en houdt haar met je grote gewicht tegen de grond vast gepind. Je knijpt, en knijpt en slaat haar met de kop tegen de grond, terwijl zij wanhopig probeert zich los te werken. Haar speeksel loopt over je handen; haar bloed begint de sneeuw rood te kleuren; haar bewegingen worden langzaam zwakker. Minutenlang duurt de worsteling, maar uiteindelijk ligt zij stil, dood. Vermoeid en met kloppend hart sta je op. Het jonge wolfje huilt hartverscheurend, en springt dan weg, tussen de bomen. Vanaf een veilige afstand blijft het, jankend, naar het lijk van zijn moeder staren. > *hoe onrealistisch. maar het doel is idd niet om hier al dood te gaan, lijkt mij. [Commentaar bewaard.] >*als ik hier nog een keer langskom probeer ik wat er gebeurt met nietsdoen... [Commentaar bewaard.] >o Op een pad in het woud Vanaf dit stuk van het kronkelige bospad kan je het kasteel van de baron in het oosten zien oprijzen. Het silhouet met de drie scheve torens staat afgetekend tegen de sterrenhemel. Een spoor van voetstappen - de jouwe - geeft het pad in het westen aan. Hier, zo dicht bij het domein van de baron, zijn zelfs de wolven stil. >x Welk voorwerp bedoel je precies als je zegt "onderzoek"? >l Je ziet niets bijzonders aan de vloer. >loop door Welk voorwerp bedoel je precies als je zegt "loop door"? >gewoon, het pad blijven volgen Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >o Bij de poort van het kasteel Op de ophaalbrug heb je een gesprek met een afschrikwekkende gargouille. > Pardon? >ja, dat bedoel ik nu ook. gargouilles die praten?? Maak, om met iemand te spreken, gebruik van het commando PRAAT MET . Dat is geen werkwoord dat ik ken. >x gargouille Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x afschrikwekkende gargouille Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >PRAAT MET gargouille Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x ophaalbrug Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >o Die kant kun je niet op. >n Die kant kun je niet op. >z Die kant kun je niet op. >w Die kant kun je niet op. >tree kompas (6) het noorden het zuiden het oosten het westen het noordoosten het noordwesten het zuidoosten het zuidwesten het plafond het vloer buiten binnen Duisternis (19) (Inform Parser) (21) (Inform Library) (22) (Library Extensions) (23) (LibraryMessages) (24) strijdbijl (30) volledige wapenrusting (31) helm (32) Het voorportaal van de grot (33) enkele bronzen deuren een brandende man een vuur een marmer enkele patroon enkele botten enkele schaduwen Een lage doorgang (41) een dikke laag as enkele voetstappen een vuur Een ondergrondse zaal (45) een draak enkele spleten In je slaapkamer (48) een ledikant een deken Hilde een stoel een kledingkast (en hem is open) een grote hoeveelheid jurken, broeken en andere kleren enkele jurken een trouwjurk enkele broeken een houtsnijwerk enkele gesneden hartjes enkele gesneden vogels enkele gesneden bloemen een raam een vuren nachtkastje een deurtje Barentopf (67) dorp (68) sneeuw (69) kerk (70) sterren (71) maan (72) bos (73) deur naar de slaapkamer (74) Op de overloop (78) een kastje (en hem is open) een fotoboek enkele deurtjes enkele scharnieren een spiegel een lijst deur naar Maartjes kamer (85) trap (86) In Maartjes kamer (88) Maartjes bed Maartjes deken Maartjes kussen een sierlijk sleuteltje een raam een sneeuw een maan een bos enkele wolven een wind een poppenhuis enkele poppendeurtjes enkele poppenmeubels enkele poppenraampjes enkele poppengordijntjes enkele poppenkleedjes enkele poppenkleertjes enkele poppen een bureau enkele vellen papier enkele tekeningen een plafond een meubilair een knuffelbeer heuvels (97) In de tuin (115) een tuinhek een tuinpad een overkant een straat jouw huis een brievenbus (en hem is open maar leeg) een bijl deur (121) (bosdeur) (126) Lopend op een pad in het woud (127) enkele wolven bomen (128) pad (130) Op een pad in het woud (131) een jonge wolf een dode wolvin aangevroten lichaam (134) kaft van Maartje's dagboek (135) Op een pad in het woud (136) een kasteel Bij de poort van het kasteel (138) jezelf een brief van de baron enkele snippers een winterjas (gedragen) een dagboek een familiefoto je werkkleding (gedragen) een houthakkershemd een houthakkersbroek enkele houthakkerslaarzen (wolf_touch) (139) (wolf_spraak) (140) (attack_wolfje) (141) (spreek_wolfje) (142) (verhaaltracker) (146) Informatie over "De baron" (147) een Interactieve fictie lezen (voor nieuwe lezers) een Eerste hulp bij interactieve fictie een Belangrijke opdrachten een Meta-opdrachten: bewaren, laden, stoppen een "De baron" lezen (ook voor ervaren lezers) een Geen puzzels, maar esthetische keuzes een Emotionele inhoud en leeftijdsadvies een Copyright een Dank, verantwoording, contact een Dankwoord een Verantwoording een Contact >*ah, ik geloof dat het hier ophoudt. [Commentaar bewaard.] >doeg Dat is geen werkwoord dat ik ken. > *jammer, ik vind het altijd zo leuk dat je ftp kunt afsluiten met 'bye'. Maar dat ken jij vast niet ;) [Commentaar bewaard.] >quit Weet je zeker dat je wilt stoppen? ja Start transcriptie van DE BARON Een interactief verhaal, geschreven door Victor Gijsbers en gepubliceerd onder de GNU General Public License. Nieuwe lezers: TYPE ALSTUBLIEFT 'MENU', ook wanneer u een ervaren speler van interactieve fictie bent. Release 1 / Serial number 050904 / Inform v6.21 Library 6/11 SD Standard interpreter 1.0 (1F) / Library serial number 040227 Nederlandse vertaling 020812 door Yuri Robbers De bronzen deuren vallen achter je dicht, en je hoort hoe de grendel ervoor wordt geschoven. Er is geen weg terug; het is jou, of de draak. Met je bijl in je bepantserde hand stap je naar voren, de hitte tegemoet. DE BARON Een interactief verhaal, geschreven door Victor Gijsbers en gepubliceerd onder de GNU General Public License. Nieuwe lezers: TYPE ALSTUBLIEFT 'MENU', ook wanneer u een ervaren speler van interactieve fictie bent. Release 1 / Serial number 050904 / Inform v6.21 Library 6/11 SD Het voorportaal van de grot De kleine hal is door mensen uitgehouwen en met zwart marmer bekleed. Twee bronzen deuren in het zuiden sluiten de uitgang hermetisch af; in het noorden leidt een smalle grot naar de vurige woonstee van de draak. De grond hier is bezaaid met geblakerde botten en schedels, die flikkerende schaduwen zuidwaarts werpen. >x schedels Overal op de grond liggen botten en schedels, veelal zwart van het allesverzengende vuur dat hun eigenaren fataal werd. > *misschien is aub minder storend dan alstublieft steeds voluit. Of ik ben gewoon te veel gewend aan afkortingen :) [Commentaar bewaard.] >x deuren Twee bronzen deuren blokkeren de uitgang naar het zuiden. Er is een voorstelling in gegraveerd van een brandende man. >x man In plaats van de pijn die je zou verwachten op het gezicht van een brandende man, straalt de gegraveerde figuur eerder begerigheid uit. Het is alsof het vuur hem voortdrijft naar het object van zijn lust, wat dat dan ook mag zijn. >x lust Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >beuk deuren Dat is geen werkwoord dat ik ken. >sla deuren Dat is in dit verhaal niet belangrijk. >damn, kunnen ze niet open :( (duh) Je vervloekt de kwaadaardige baron voor alles wat hij je heeft aangedaan. Dat is geen werkwoord dat ik ken. >*Welke baron? [Commentaar bewaard.] >z Die kant kun je niet op. >n Je probeert om de menselijke beenderen heen te stappen, maar kan niet voorkomen dat er bij elke stap verschillende breken onder het gewicht van jou en je wapenrusting. Een lage doorgang De grot is laag, en je moet bukken om er doorheen te kunnen. Op de vloer ligt een dikke laag as. De vlammen die overal in de grote zaal in het noorden uit spleten in de grond komen zijn haast verblindend fel, en de hitte is enorm. Het zweet breekt je aan alle kanten uit. In het zuiden ligt de betrekkelijke koelte van het halletje. >x as Een laag keihard aangestampt as bedekt de hele vloer; je laat er nauwelijks voetstappen in achter. >x vlammen Metershoge vlammen verlichten de zaal in het noorden. >n Met de bijl stevig in je handen geklemd, het vizier van je helm opengeklapt zoals een man van eer betaamt, treed je de draak tegemoet. Een ondergrondse zaal De zaal is tientallen meters hoog, en honderden meters breed en diep. De grond is bedekt met een dikke laag as, behalve waar brede spleten de rots doorklieven. Metershoge vlammen schieten uit deze spleten omhoog. De hitte is bijna ondraaglijk. In het midden van de zaal staat de draak, een enorm roodgeschubt monster. Hij draait zijn kop naar je toe, en staart je met twee grote gele ogen aan. >praat met draak Je zou niet weten wat je moest zeggen. De draak draait zich naar je toe, en stapt met logge passen op je af. Hij opent zijn bek en stoot een kreet uit die de hele grot op zijn grondvesten doet schudden. Even wankel je, maar je weet je evenwicht te hervinden. >ren op de draak af Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >*wow. [Commentaar bewaard.] >i Je hebt bij je: een helm (gedragen) een volledige wapenrusting (gedragen) een strijdbijl Een immense straal vuur spuit uit de bek van de draak, langs zijn scherpe tanden, en omringt je volledig. De pijn doet je naar adem happen. >*photopia? [Commentaar bewaard.] >sla draak Je verbijt je pijn en rent nogmaals op het ondier af - al moet je er met je eigen leven voor betalen, het monster zal sterven. Tussen de vlammen door zie je de twee grote gele ogen; je heft je bijl om hem er precies tussen te planten. Maar plotseling beukt de staart van de draak je vanaf je linkerkant omver, de kracht zo groot dat je meters door de zaal vliegt voordat je met je hoofd tegen de wand knalt. De helm voorkomt dat je onmiddellijk het bewustzijn verliest, en je ziet de kop van de draak naderen, zijn muil wijd open - nogmaals blaast hij zijn vuur over je heen, en na een korte gil die je zelf niet meer kan horen valt de duisternis als een koele deken over je heen. [Druk op een toets.] DE BARON Een interactief verhaal geschreven door Victor Gijsbers. Chi l'anima mi lacera? Chi m'agita le viscere? Che strazio, ohimè, che smania! Che inferno, che terror! "Wie verscheurt mijn ziel? Wie windt mijn hart zo op? Wat een kwelling, wat een waanzin! Wat een hel! Welk een verschrikking!" Uit de opera "Don Giovanni" Tekst: Lorenzo da Ponte Muziek: Wolfgang A. Mozart Twee doordringende dissonanten, kort na elkaar, wekken je uit je onrustige slaap. Na de tweede toon zwijgt de kerkklok en de stilte van de winternacht nestelt zich weer in het dorp. Je wrijft de slaap uit je ogen. Uiterst voorzichtig stap je uit bed, opdat je je vrouw Hilde niet wakker maakt. Zij zou je zeker proberen te stoppen. In je slaapkamer Het zwakke schijnsel van de maan dat door het raam naar binnen valt hult de meubels in de slaapkamer in een mantel van onwereldse schoonheid. Alleen het zachte ademen van je echtgenote in het grote ledikant doorbreekt de stilte. Naast de zware eiken kledingkast bevindt zich de deur naar de overloop in het noorden. In de onverwarmde kamer is het ijzig koud. Je ziet een stoel (met daarop je werkkleding) en een vuren nachtkastje. >trek kleding aan (eerst je werkkleding oppakkend) Je trekt je werkkleding aan. >pak foto Gepakt. >x foto (etc) Ik begrijp alleen het gedeelte: onderzoek de familiefoto. > Pardon? >x foto (etc) Ik begrijp alleen het gedeelte: onderzoek de familiefoto. >x foto Deze foto, gemaakt ter ere van het tienjarig huwelijk van jou en Hilde, is alweer enkele jaren oud. Plechtig staan jullie als twee zwart-witte standbeelden naast elkaar, voor de gelegenheid weer in jullie trouwkostuums gehesen. Op de voorgrond, dicht tegen jou aan, staat jullie dochter Maartje. Kleine Maartje, in haar prachtige witte jurkje, een stralende lach op haar gezicht. Op de foto heb je beschermend een arm over haar schouder geslagen. Maar nu is zij ontvoerd door de kwaadaardige baron... nogmaals zweer je dat je alles in je macht zal doen om haar te bevrijden. >x dorp Omdat je huis op een heuvel aan de rand van het dorp ligt, heb je vanuit het raam een mooi uitzicht over de andere woningen. Slechts achter enkele ramen branden nog lichtjes; verder is het dorp in deze winternacht gehuld in duisternis en sneeuw. >x raam Onwerelds maanlicht valt door het raam naar binnen. Het dorp buiten is bedekt onder een dikke laag sneeuw, zodat de kerktoren als een beschuldigend priemende zwarte vinger uit een witte zee omhoog steekt. "Hoe kan het toch," vraag je je af, "dat dit landschap er zo liefelijk uit ziet, maar zo ijzig koud en vijandig is?" >n (de deur naar de overloop openend) Op de overloop De overloop is gehuld in een schemerig duister. Maanlicht schijnt naar binnen door de open deur naar de slaapkamer in het zuiden. Aan de noordkant van de overloop leidt een rood geschilderde deur naar de kamer van je dochter Maartje. Naast de trap naar beneden staat een elegant kastje, waarboven een grote spiegel in een vergulde lijst prijkt. >n (de deur naar Maartjes kamer openend) In Maartjes kamer Zonder Maartjes stralende aanwezigheid lijkt haar kamer doods en leeg. Het geeft een droeve aanblik: een bed waar niet in geslapen wordt, een poppenhuis waar niet mee gespeeld wordt, een bureau waaraan niet gestudeerd wordt. De bonte kleuren waarin jij haar plafond en meubilair geverfd hebt verschijnen in het bleke licht van de sterren als een waaier aan grijstinten. De deur in het zuiden leidt terug naar de overloop. Op het bureau is een dagboek. Je ziet een knuffelbeer. >pak dagboek Gepakt. >x bed Onder het raam staat Maartjes bed, een ruim kinderledikant dat, zoals bijna alle meubels in jullie huis, een product is van jouw nijvere arbeid. Het bed is keurig opgemaakt, de dekens perfect recht, het kussen opgeklopt. Te maagdelijk, te onaangeraakt, alsof het niet bestemd is voor menselijk gebruik. >x dekens De dekens zijn in rood en blauw gekleurd, en liggen en strak en netjes bij. >x kussen Verstopt onder het kussen vind je een klein koperen sleuteltje, dat je verwonderd oppakt. >x sleuteltje Het met delicate patronen versierde koperen sleuteltje vertoont sporen van intensief gebruik. >x dagboek Je steekt het koperen sleuteltje in het slot van het dagboek, en draait het voorzichtig rond. Met een zachte klik springt het slot open. Je voelt je absurd schuldig wanneer je het dagboek opent om te lezen wat je dochtertje er voor geheimen aan heeft toevertrouwd. Natuurlijk hoort een vader dit niet te doen, maar dit is een noodgeval, en nood breekt wet. Misschien staat er wel iets in dat je kan helpen haar te bevrijden. Maar er staat niets geschreven in het dagboek, geen woord. In plaats daarvan zijn alle bladzijden in de eerste helft van het dagboek helemaal ingekleurd met zwarte inkt. Van boven tot onder, van links tot rechts, met een nooit falende precisie is op elke pagina het witte papier veranderd in een egaal zwart vlak. De tweede helft van het dagboek is nog blank, onaangeraakt, smetteloos. Verwilderd sluit je het dagboek. >x poppenhuis Ooit heb je dit poppenhuis zelf in elkaar gezet: drie verdiepingen, met deurtjes en raampjes die open en dicht kunnen, allerhande meubels, en houten popjes met fijn gesneden gezichten die de woning kunnen bevolken. Hilde heeft gordijntjes gemaakt, vloerkleedjes en kleertjes voor de poppen. >raak poppenhuis aan Je voelt niets onverwachts. >pak pop De poppen zijn de enigen in jullie huis die op dit moment een normaal gezinsleven hebben, en je bent niet van plan dat te gaan verstoren. >speel met poppenhuis Je zet je op je knieën voor het poppenhuis neer, en kijkt de popjes even mismoedig aan. Dan pak je de moederpop met je linkerhand op en de vaderpop met je rechterhand. Je laat vader door een deurtje het huis binnenkomen. "Zo moeder," zegt hij, "ik heb vandaag weer hard gewerkt. Je hebt geen idee hoe hongerig ik ben." "Nou vader," antwoordt ze in een raar hoog stemmetje, "dat schikt, want ik heb een hele poppenpot vol poppenpap gekookt vandaag. Kinders, komen jullie eten, vader is thuis!" Je zet de twee popjes op hun poppenstoeltjes neer, en pakt de poppendochter. Ze loopt naar de huiskamer, en wanneer ze haar vader ziet roept ze: "Pappie!" Verdrietig sluit je je ogen en leg je de popjes weg. >x poppenhuis Ooit heb je dit poppenhuis zelf in elkaar gezet: drie verdiepingen, met deurtjes en raampjes die open en dicht kunnen, allerhande meubels, en houten popjes met fijn gesneden gezichten die de woning kunnen bevolken. Hilde heeft gordijntjes gemaakt, vloerkleedjes en kleertjes voor de poppen. >x n Je ziet niets bijzonders aan het noorden. >x z Je ziet niets bijzonders aan het zuiden. >x w Je ziet niets bijzonders aan het westen. >x o Je ziet niets bijzonders aan het oosten. >x nw Je ziet niets bijzonders aan het noordwesten. >x l Je ziet niets bijzonders aan de vloer. >x p Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x plafond (het plafond) Beschilderd met liefelijke taferelen geeft het plafond Maartjes kamer onder normale omstandigheden een vrolijk en zorgenloos uiterlijk. >sluit dagboek Dat is al dicht. >*(moet toch wel op slot zijn..) [Commentaar bewaard.] >z Op de overloop De overloop is gehuld in een schemerig duister. Maanlicht schijnt naar binnen door de open deur naar de slaapkamer in het zuiden. Aan de noordkant van de overloop staat de rode deur naar Maartjes kamer op een kier. Naast de trap naar beneden staat een elegant kastje, waarboven een grote spiegel in een vergulde lijst prijkt. >x fotoboek Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x kastje Dit sierlijk gesneden kastje is een van de weinige meubels in huis die je niet zelf gemaakt hebt: het komt uit de erfenis van Hildes grootmoeder. De twee deurtjes aan de voorkant sluiten niet helemaal goed, een mankement dat je al jaren van plan bent te verhelpen, maar waar het nooit van komt. >open kastje Je opent het kastje, en onthult een fotoboek. >x fotoboek In dit dikke boek plakt Hilde alle foto's die van jullie gezinnetje gemaakt worden, al vanaf de geboorte van Maartje. Je slaat het fotoalbum open, en ziet het geboortekaartje van Maartje. Negentien december, slechts enkele dagen voor kerstmis. Je slaat om, en daar ligt ze als baby in bad. Hilde, uitgeput in het ziekenhuisbed, houdt een huilende Maartje lachend in haar armen. Jijzelf, apetrots, houdt haar omhoog naar de fotograaf. De grootouders van beide kanten staan om het ziekenhuisbed. Even laat je je mee drijven op een stroom van gelukzalige herinneringen, maar de gedachte aan de baron brengt je al snel terug naar de realiteit. Verstoord kijk je op. Er staan nog meer foto's in het album. >x fotoboek Je bladert verder door het album, en ziet Maartje steeds verder opgroeien. Tientallen gelukkige momenten uit een idyllische jeugd zijn hier vereeuwigd. Maanden heb je in het geheim in de schuur gewerkt aan een poppenhuis voor Maartjes vierde verjaardag. Drie verdiepingen, met deurtjes en raampjes die open en dicht kunnen, allerhande meubels, en houten popjes met fijn gesneden gezichten die de woning kunnen bevolken. Hilde heeft gordijntjes gemaakt, vloerkleedjes en kleertjes voor de poppen. Nu staat het prachtige resultaat in kleurig feestpapier verpakt in een hoek van de kamer, en Maartje rent er op af en scheurt het papier aan repen. Ze slaakt een kreetje van verbazing, en kijkt dan minutenlang verwonderd naar het poppenhuis, opent de deurtjes, beweegt de poppen, doet de gordijnen dicht. Dan draait ze zich om, en rent lachend naar jullie toe om je te bedanken. Haar hoge gekir klinkt nu, acht jaar later, nog na in je oren. >x fotoboek Je bladert verder door het album, en ziet Maartje steeds verder opgroeien. Tientallen gelukkige momenten uit een idyllische jeugd zijn hier vereeuwigd. Het is midden in de zomer, en jullie zijn gedrieën het bos in getrokken voor een ouderwetse picknick. De zevenjarige Maartje rent steeds vooruit, terwijl Hilde en jij met de zware mand tussen jullie in gestaag tempo over het pad lopen. "Pappie!," roept ze plotseling, ergens links van jullie uit het bos. "Pappie, kom eens kijken!" Hilde, rolt haar ogen en neemt de mand met twee handen vast, zodat jij vrij bent het bos in te duiken. Een meter of twintig van het pad af staat ze bij een buddleia waar zoveel koolwitjes omheen zwermen dat de paarse bloemen nauwelijks te zien zijn. "Kijk pappa!," roept ze, en springt naar de struik toe. Alle vlinders vliegen op, en voor een moment is ze een engel in een witte wolk van vleugels. >x fotoboek Je bladert verder door het album, en ziet Maartje steeds verder opgroeien. Tientallen gelukkige momenten uit een idyllische jeugd zijn hier vereeuwigd. Het is een half jaar later, in de ijzige wintermaanden. Met Maartje ben je gaan sleeën over het dikke pak sneeuw dat zich de afgelopen dagen over het dorp heeft afgezet. Jullie zijn helemaal naar de top van de Barentopf gesleed. "Pappa, m'n handen doen zeer," klaagt Maartje. "Ze zijn zo koud." Voorzichtig neem je haar kleine in jouw grote handen, en wrijf je ze warm. Je buigt je voorover en zoent haar op haar koude voorhoofd. >x fotoboek De laatste foto's in het album zijn van Maartjes negende verjaardag. Verbaasd sla je lege pagina's hierna om. Slechts de lijmresten van fotoplakkertjes doorbreken het egale zwart waar de foto's van de afgelopen drie jaren zouden moeten prijken. >x lijmresten Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >*jammer, geen hint mbt de verdwijning van de foto's [Commentaar bewaard.] >l Behoedzaam zoek je je weg door de duisternis naar beneden. In de gang neem je even de tijd om je lange winterjas aan te trekken, en dan open je de voordeur en stap je naar buiten de tuin in. In de tuin Ook je voortuin is bedolven onder een dikke laag sneeuw, die alle planten aan het zicht onttrekt. Alleen een paar kale struiken die zich tegen het tuinhek aan schurken steken door de witte deken heen. Achter je leidt de voordeur terug het huis in, terwijl de weg naar het oosten zich door het dorp en het woud heen naar het kasteel van de baron slingert. Vanuit zijn onbereikbare hoogte kijkt de maan verwijtend op je neer. Het uiterste puntje van de kerktoren steekt boven de huizen aan de overkant uit. Je ziet een brievenbus (die dicht is) en een bijl. >x struiken Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x hek Een laag houten hek scheidt jullie voortuin van de straat. Het tuinpad loopt naar een opening in het hek. >x dorp Jouw huis staat aan de rand van het dorp, dat in deze koude decembernacht gebukt gaat onder een dikke laag sneeuw. Op dit tijdstip van de nacht is er niemand meer op straat. Het dorp hult zich in stilzwijgen. >x huizen Jouw huis staat aan de rand van het dorp, dat in deze koude decembernacht gebukt gaat onder een dikke laag sneeuw. Op dit tijdstip van de nacht is er niemand meer op straat. Het dorp hult zich in stilzwijgen. >pak bijl Gepakt. >x brievenbus Een kleine brievenbus hangt aan de buitenkant van het tuinhek. >x open brievenbus Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >open brievenbus Je opent de brievenbus, en onthult een brief van de baron. >x brief In sierlijk handschrift is er een bericht op het perkament geschreven: Aan de ouders van Maartje, Bij deze wil ik u meedelen dat uw dochter Maartje op mijn bevel uit uw huis is weggehaald en naar mijn kasteel is vervoerd. Maakt u zich geen zorgen: zij is hier veilig en wordt goed verzorgd. Probeer Maartje niet op te zoeken of bij mij weg te halen; mijn slot is zwaar bewaakt en u zou enkel uw eigen welbevinden op het spel zetten. Ik begrijp dat het moeilijk voor u moet zijn dat u uw dochter bent kwijt geraakt, en bied mijn excuses aan voor uw leed. U vraagt zich af wat mijn motieven zijn. Welnu, ik houd van haar, en kan niet leven zonder Maartje aan mijn zijde. Bij mij zal ze gelukkig zijn, dat beloof ik u op mijn woord van eer. Ooit zal u inzien dat dit de best mogelijke situatie is. De baron. Trillend van woede staar je naar de handtekening onderaan de pagina. >pak brief Gepakt. >i Je hebt bij je: een brief van de baron een bijl een winterjas (gedragen) een sierlijk sleuteltje een dagboek een familiefoto je werkkleding (gedragen) >o Heel even aarzel je, maar dan stap je vastbesloten de weg naar het donkere woud op. In het dorp is geen teken van leven te bekenen. Langzaam wordt je boos op al je buren en mededorpelingen. Waar zijn ze wanneer je ze nodig hebt? Waarom is er niet één bij die het lef heeft Maartje te bevrijden? Een gebrek aan liefde - dat is wat mensen in staat stelt de problemen van anderen te negeren. Iedereen weet wat er aan de hand is, maar niemand doet iets, omdat niemand zich verantwoordelijk voelt. Na enkel minuten bereik je de rand van het bos. Alsof je de donkere muil van een enorm en kwaadaardig beest in loopt, zo is het om het pad onder het overhangende bladerdek van de naaldbomen te volgen. Het licht van de maan bereikt de grond nauwelijks, en meermaals struikel je over grote takken die als valstrikken onder de sneeuw liggen te wachten. Met ferme tred stap je verder, terwijl je probeert te bedenken hoe je het gemakkelijkst het kasteel van de baron in kan komen. Dan wordt je uit je overpeinzingen opgeschrikt door het gehuil van wolven. Het is moeilijk schatten, maar je zou verbaasd zijn als ze meer dan een kilometer van je verwijderd zijn. En het is nog zeker tien kilometer oostwaards naar het kasteel van de baron. Lopend op een pad in het woud Op de meest zonnige dagen is het al schemerig in dit dichte naaldbos, en in het holst van deze winternacht is het pikdonker. Een nauwelijks als zodanig herkenbaar pad loopt van het dorp in het westen naar het kasteel in het oosten. Te dichtbij, van links, klinkt het gehuil van een roede wolven. In dit jaargetij is er geen wild te vinden, en zijn de wolven hongerig, brutaal en zelfs voor mensen gevaarlijk. >wacht Er is geen tijd te verliezen. >wacht Er is geen tijd te verliezen. > Pardon? > Pardon? > Pardon? >o Op een pad in het woud Het pad is hier smal en kronkelig, en in de sneeuw nauwelijks te herkennen. Maanlicht schijnt slechts hier en daar tussen de beladen takken van de dennen door. Oostwaards ligt het kasteel van de baron, naar het westen leiden je voetstappen terug naar het dorp. Vanuit de bomen aan de linkerkant van het pad springt plots een donkere schim naar voren. Het is een wolvin; ze blijft op enkele meters afstand van je staan, midden op het pad, jou fixerend met twee ogen waarin de maan zich spiegelt. Uit haar keel klinkt een fel gegrom. >o Weet je zeker dat je wilt proberen door te lopen over het pad, langs de wolvin? Antwoord alsjeblieft met ja of nee.> ja Voetje voor voetje schuifel je zo dicht mogelijk langs de bomen. De wolvin gromt vervaarlijk, en draait met je mee. "Geen angst tonen!", houd je jezelf voor. Honden kunnen angst ruiken, en wolven zijn eigenlijk net wildere en slimmere honden. Of dat vertelt je jezelf toch. Je houdt je gezicht strak in de plooi, en zonder je te haasten, maar ook zonder bangelijke bewegingen te maken, loop je verder, loop je langs het punt waar je het dichtst bij de wolvin bent, en dan een paar meter verder. Je hart slaat zo hard dat je verbaasd bent je ribben niet te horen kraken. Achteruit, met je gezicht naar de wolvin toe, loop je verder langs het pad. Rustig. Zonder te rennen. Alsof je haar geen moment hebt gevreesd. Zij blijft stokstijf staan, en kijkt je na totdat je uit het zich verdwenen bent. Maar ze komt je niet achterna. Op een pad in het woud Vanaf dit stuk van het kronkelige bospad kan je het kasteel van de baron in het oosten zien oprijzen. Het silhouet met de drie scheve torens staat afgetekend tegen de sterrenhemel. Een spoor van voetstappen - de jouwe - geeft het pad in het westen aan. Hier, zo dicht bij het domein van de baron, zijn zelfs de wolven stil. >w Misschien dat de wolvin je ditmaal niet zo gemakkelijk laat gaan - het is beter voorlopig niet terug te gaan. >w Misschien dat de wolvin je ditmaal niet zo gemakkelijk laat gaan - het is beter voorlopig niet terug te gaan. >o Bij de poort van het kasteel Op de ophaalbrug heb je een gesprek met een afschrikwekkende gargouille. >restart Weet je zeker dat je wilt herstarten? j Transcriptie staat al aan. De bronzen deuren vallen achter je dicht, en je hoort hoe de grendel ervoor wordt geschoven. Er is geen weg terug; het is jou, of de draak. Met je bijl in je bepantserde hand stap je naar voren, de hitte tegemoet. DE BARON Een interactief verhaal, geschreven door Victor Gijsbers en gepubliceerd onder de GNU General Public License. Nieuwe lezers: TYPE ALSTUBLIEFT 'MENU', ook wanneer u een ervaren speler van interactieve fictie bent. Release 1 / Serial number 050904 / Inform v6.21 Library 6/11 SD Het voorportaal van de grot De kleine hal is door mensen uitgehouwen en met zwart marmer bekleed. Twee bronzen deuren in het zuiden sluiten de uitgang hermetisch af; in het noorden leidt een smalle grot naar de vurige woonstee van de draak. De grond hier is bezaaid met geblakerde botten en schedels, die flikkerende schaduwen zuidwaarts werpen. >sterf Dat is geen werkwoord dat ik ken. >n Je probeert om de menselijke beenderen heen te stappen, maar kan niet voorkomen dat er bij elke stap verschillende breken onder het gewicht van jou en je wapenrusting. Een lage doorgang De grot is laag, en je moet bukken om er doorheen te kunnen. Op de vloer ligt een dikke laag as. De vlammen die overal in de grote zaal in het noorden uit spleten in de grond komen zijn haast verblindend fel, en de hitte is enorm. Het zweet breekt je aan alle kanten uit. In het zuiden ligt de betrekkelijke koelte van het halletje. >n Met de bijl stevig in je handen geklemd, het vizier van je helm opengeklapt zoals een man van eer betaamt, treed je de draak tegemoet. Een ondergrondse zaal De zaal is tientallen meters hoog, en honderden meters breed en diep. De grond is bedekt met een dikke laag as, behalve waar brede spleten de rots doorklieven. Metershoge vlammen schieten uit deze spleten omhoog. De hitte is bijna ondraaglijk. In het midden van de zaal staat de draak, een enorm roodgeschubt monster. Hij draait zijn kop naar je toe, en staart je met twee grote gele ogen aan. >wacht Er is geen tijd te verliezen. De draak draait zich naar je toe, en stapt met logge passen op je af. Hij opent zijn bek en stoot een kreet uit die de hele grot op zijn grondvesten doet schudden. Even wankel je, maar je weet je evenwicht te hervinden. >staar de draak nog eens aan Dat is geen werkwoord dat ik ken. >wacht Er is geen tijd te verliezen. Een immense straal vuur spuit uit de bek van de draak, langs zijn scherpe tanden, en omringt je volledig. De pijn doet je naar adem happen. >wacht Er is geen tijd te verliezen. Je bent omgeven door vlammen, en kan nauwelijks nog iets zien. De hitte in het harnas is ondraaglijk. >wacht Er is geen tijd te verliezen. Je kan nauwelijks zien wat er gebeurt, gehuld als je bent in een dodelijke wolk van vlammen, maar wanneer de scherpe tanden van de draak dwars door je wapenrusting heen je lichaam binnendringen wordt je je van je lot bewust. Met een afschuwelijk krakend geluid - mijn harnas? mijn botten?, schiet er door je heen - zet de draak zijn tanden op elkaar. Je mond vult zich met bloed, je hele lichaam schreeuwt in pijn, en de duisternis komt als een zegen... [Druk op een toets.] DE BARON Een interactief verhaal geschreven door Victor Gijsbers. Chi l'anima mi lacera? Chi m'agita le viscere? Che strazio, ohimè, che smania! Che inferno, che terror! "Wie verscheurt mijn ziel? Wie windt mijn hart zo op? Wat een kwelling, wat een waanzin! Wat een hel! Welk een verschrikking!" Uit de opera "Don Giovanni" Tekst: Lorenzo da Ponte Muziek: Wolfgang A. Mozart Twee doordringende dissonanten, kort na elkaar, wekken je uit je onrustige slaap. Na de tweede toon zwijgt de kerkklok en de stilte van de winternacht nestelt zich weer in het dorp. Je wrijft de slaap uit je ogen. Uiterst voorzichtig stap je uit bed, opdat je je vrouw Hilde niet wakker maakt. Zij zou je zeker proberen te stoppen. In je slaapkamer Het zwakke schijnsel van de maan dat door het raam naar binnen valt hult de meubels in de slaapkamer in een mantel van onwereldse schoonheid. Alleen het zachte ademen van je echtgenote in het grote ledikant doorbreekt de stilte. Naast de zware eiken kledingkast bevindt zich de deur naar de overloop in het noorden. In de onverwarmde kamer is het ijzig koud. Je ziet een stoel (met daarop je werkkleding) en een vuren nachtkastje. >n (de deur naar de overloop openend) Op de overloop De overloop is gehuld in een schemerig duister. Maanlicht schijnt naar binnen door de open deur naar de slaapkamer in het zuiden. Aan de noordkant van de overloop leidt een rood geschilderde deur naar de kamer van je dochter Maartje. Naast de trap naar beneden staat een elegant kastje, waarboven een grote spiegel in een vergulde lijst prijkt. >l Behoedzaam zoek je je weg door de duisternis naar beneden. In de gang neem je even de tijd om je lange winterjas aan te trekken, en dan open je de voordeur en stap je naar buiten de tuin in. In de tuin Ook je voortuin is bedolven onder een dikke laag sneeuw, die alle planten aan het zicht onttrekt. Alleen een paar kale struiken die zich tegen het tuinhek aan schurken steken door de witte deken heen. Achter je leidt de voordeur terug het huis in, terwijl de weg naar het oosten zich door het dorp en het woud heen naar het kasteel van de baron slingert. Vanuit zijn onbereikbare hoogte kijkt de maan verwijtend op je neer. Het uiterste puntje van de kerktoren steekt boven de huizen aan de overkant uit. Je ziet een brievenbus (die dicht is) en een bijl. >o Heel even aarzel je, maar dan stap je vastbesloten de weg naar het donkere woud op. In het dorp is geen teken van leven te bekenen. Langzaam wordt je boos op al je buren en mededorpelingen. Waar zijn ze wanneer je ze nodig hebt? Waarom is er niet één bij die het lef heeft Maartje te bevrijden? Een gebrek aan liefde - dat is wat mensen in staat stelt de problemen van anderen te negeren. Iedereen weet wat er aan de hand is, maar niemand doet iets, omdat niemand zich verantwoordelijk voelt. Na enkel minuten bereik je de rand van het bos. Alsof je de donkere muil van een enorm en kwaadaardig beest in loopt, zo is het om het pad onder het overhangende bladerdek van de naaldbomen te volgen. Het licht van de maan bereikt de grond nauwelijks, en meermaals struikel je over grote takken die als valstrikken onder de sneeuw liggen te wachten. Met ferme tred stap je verder, terwijl je probeert te bedenken hoe je het gemakkelijkst het kasteel van de baron in kan komen. Dan wordt je uit je overpeinzingen opgeschrikt door het gehuil van wolven. Het is moeilijk schatten, maar je zou verbaasd zijn als ze meer dan een kilometer van je verwijderd zijn. En het is nog zeker tien kilometer oostwaards naar het kasteel van de baron. Lopend op een pad in het woud Op de meest zonnige dagen is het al schemerig in dit dichte naaldbos, en in het holst van deze winternacht is het pikdonker. Een nauwelijks als zodanig herkenbaar pad loopt van het dorp in het westen naar het kasteel in het oosten. Te dichtbij, van links, klinkt het gehuil van een roede wolven. In dit jaargetij is er geen wild te vinden, en zijn de wolven hongerig, brutaal en zelfs voor mensen gevaarlijk. > Pardon? >wacht Er is geen tijd te verliezen. > Pardon? >o Op een pad in het woud Het pad is hier smal en kronkelig, en in de sneeuw nauwelijks te herkennen. Maanlicht schijnt slechts hier en daar tussen de beladen takken van de dennen door. Oostwaards ligt het kasteel van de baron, naar het westen leiden je voetstappen terug naar het dorp. Vanuit de bomen aan de linkerkant van het pad springt plots een donkere schim naar voren. Het is een wolvin; ze blijft op enkele meters afstand van je staan, midden op het pad, jou fixerend met twee ogen waarin de maan zich spiegelt. Uit haar keel klinkt een fel gegrom. >wacht Er is geen tijd te verliezen. De wolvin open haar bek, twee rijen scherpe tanden ontblotend. Vanuit het bos sluipt een tweede gestalte naar haar toe: een nog jonge wolf, uitzonderlijk mager. >praat met wolvin (1) Grom kwaad en dreigend. (2) Grom zachtjes en kalmerend. (3) Huil droevig tot de maan. Selecteer een optie >> 3 Je heft je hoofd en huilt en huilt, en het klinkt precies zoals de klaagzang van een wolf. Nooit heb je geweten dat er zoveel verdriet en smart in je hart zat verborgen; nu, helder als kristal, klinken de tonen van je leed door de winternacht. Na enkele ogenblikken volgt de wolvin je voorbeeld, en gezamenlijk huilen jullie een harten brekend duet. Na een eeuwigheid vallen jullie stil. De wolvin kijkt je aan, buigt dan eenmaal haar hoofd, en verdwijnt dan in de besneeuwde bossen. Haar jong volgt haar. >*geweldig LOL [Commentaar bewaard.] >o Op een pad in het woud Vanaf dit stuk van het kronkelige bospad kan je het kasteel van de baron in het oosten zien oprijzen. Het silhouet met de drie scheve torens staat afgetekend tegen de sterrenhemel. Een spoor van voetstappen - de jouwe - geeft het pad in het westen aan. Hier, zo dicht bij het domein van de baron, zijn zelfs de wolven stil. >x voetstappen Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x sterren Zoiets zie je niet, of het is niet belangrijk om je ermee bezig te houden. >x maan Het mannetje in de maan kijkt je kil, haast beschuldigend, aan vanuit zijn verheven positie. >quit Weet je zeker dat je wilt stoppen? ja